Inhoudsopgave
- 1. Het schilderen van de details
- 2. Gebruik het paletmes
- 3. Schilder niet alles in details
- 4. Subtiele variaties met een beperkt kleurenpalet
- 5. Kleurtemperatuur
- 6. Leer het onvolmaakte te waarderen
- 7. Van donker naar licht
- 8. Gebruik schetsen om te leren observeren
- 9. Vormen, lijnen en kleuren
- 10. Zwart-wit of monochroom
- Samenvatting: schilderen van een landschap voor beginners en gevorderdere
Het schilderen van landschappen is een van de oudste en populairste genres in de kunstwereld. Wij geven je 10 tips die je onmiddellijk kunt toepassen, zodat je snel vooruitgang boekt bij het schilderen van jouw favoriete landschapsschilderijen.
Tip: Bekijk ook eens ons schilderen op nummer assortiment met een enorme keuze aan natuur, bloemen en landschapsmotieven.
1. Het schilderen van de details
Veel kunstenaars houden zich bezig met de details van de landschappen. Begin eerst met het schilderen van het landschap, maar houdt het simpel. De details kan je namelijk nog altijd toevoegen aan het einde.
Het is namelijk beter om bepaalde delen van het schilderij te benadrukken en de rest van het geschilderde werk aan de verbeelding over te laten.
Je kan de details in het schilderij op bepaalde manieren benadrukken, zoals:
- Het gebruiken van fijnere penseelstreken dan in de rest van het schilderij.
- Het gebruik maken van lichtere kleuren
- Het gebruik maken van meer volle kleuren
- Het gebruik maken van contrasten
Wij gebruiken het voorbeeld van het schilderij van Camille Pissarro. Bedenk hoeveel detail er zijn toegevoegd. Pissarro heeft gebruik gemaakt van weinig details en alleen maar willekeurig lijkende kleurstrepen. Het schilderij komt hierdoor in een mooie harmonie samen. Ook zijn er weinig details gebruikt om de persoon rechtsonder af te beelden.
Pissarro heeft in dit geval gebruik gemaakt van vereenvoudiging om de aandacht af te leiden van de donkere voorgrond en de persoon via de bomen naar de zeer heldere achtergrond te leiden. Te veel detail op de voorgrond zou het schilderij waarschijnlijk te rommelig maken.
2. Gebruik het paletmes
Het paletmes is een waardevolle aanvulling op jouw kunstvoorwerpen. Hoewel het niet perfect is om verf te mengen, kan je het gebruiken om een harde laag verf met strakke randen aan te brengen.
Je kan het paletmes alleen gebruiken of in combinatie met penselen, bijvoorbeeld om de fijne details met penselen uit te werken. Paletmessen werken het best met olieverf en verdikte acrylverf. Met een beetje oefening kan je ook relatief fijn en precies werken met het paletmes.
Enkele van de beste toepassingen van het paletmes in landschapsschilderijen zijn:
- Het toevoegen van textuur aan rotsen
- Het creëren van wolken in de lucht
- Heldere highlights toevoegen aan een schitterende zonsondergang
- Een eentonig zeegezicht doorbreken met wat textuur
- Lijnwerk, zoals hekken
- Bomen en struiken een gedurfde textuur geven
3. Schilder niet alles in details
Bij het schilderen van landschappen zal je veel situaties tegenkomen waarin het veel beter om een samenhangend schilderij te creëren. Als je bijvoorbeeld een bos met bomen wilt schilderen, moet je niet proberen om elke boom afzonderlijk te schilderen. Hierdoor breng je jezelf alleen maar in de problemen. Je moet de vormen en kleurtinten van het bos schilderen en daarna kan je een baar bomen gedetailleerder maken. Zo lijkt het op een bos, zonder dat je alles in details moet schilderen.
Wanneer we het schilderij van Claude Monet erbij pakken, dan zie je direct dat er gras en bomen zijn geschilderd, maar er zitten maar weinig details in, behalve wat subtiele variaties in kleurtinten.
4. Subtiele variaties met een beperkt kleurenpalet
Een probleem dat veel beginners ondervinden bij het schilderen van landschappen is dat ze niet genoeg subtiele variaties tussen kleuren aanbrengen. Als dit gebeurt, heeft het schilderij vaak geen diepte en ziet het er erg tweedimensionaal uit.
Veel landschapsschilderijen hebben geen complexe kleurencompositie, maar eerder een eenvoudige harmonie van groenen, blauwen en aardetinten.
Om ervoor te zorgen dat jouw schilderij niet zo eentonig wordt, moet je subtiele variaties aanbrengen. Zo kan je bijvoorbeeld een grote laag groen gras breken door er een paar streken gele oker aan toe te voegen.
Als je je dit eigen hebt gemaakt, probeer dan niet allemaal kleurenvariaties te maken. Probeer te schilderen wat je ziet. Als er weinig variatie in kleur is, is dat prima (wat in de natuur zelden het geval is).
5. Kleurtemperatuur
De kleurtemperatuur is een schaal die aangeeft hoe koel of warm een kleur is. Onder koele kleuren vallen tinten als blauw en groen, terwijl onder warme kleuren de tinten geel, oranje en rood vallen.
Je moet de kleurtemperatuur echter niet in absolute termen zien. In plaats daarvan moet je de kleurtemperatuur zien als een relatieve schaal ten opzichte van andere kleuren in het werk.
Bijvoorbeeld, stel je hebt een koele blauwe kleur en je mengt er een vleugje oranje in. Deze gemengde kleur zal warmer zijn dan een blauw zonder het oranje erin gemengd.
6. Leer het onvolmaakte te waarderen
Imperfectie is een deel van de natuur. Probeer het te omarmen en niet alles perfect te willen maken.
In vergelijking met stillevens en portretten hoef je in landschapsschilderijen niet helemaal nauwkeurig te zijn met waarden, kleuren en texturen. Je hebt bij het schilderen van landschappen wat speelruimte. Uiteraard is dit geen excuus om slordig te gaan schilderen.
Tip: Wil je beginnen met het schilderen van landschappen, maar wil je eerst beginnen met een voorgedrukt motief inclusief alle bijhorende kleuren? Bekijk dan eens het assortiment schilderen op nummer natuur van Painting Expert.
7. Van donker naar licht
Als je net begint, zal je het gemakkelijker vinden om met de donkerste tinten in je schilderij te beginnen. Van daaruit kan je gemakkelijker de hoogtepunten in het schilderij uitwerken.
Bij olie- en acrylverf moet je niet meteen met de lichte delen beginnen. Dat zou het moeilijk maken om de juiste tint te bepalen, en de lichte delen zouden zich waarschijnlijk vermengen met de donkere tinten, wat tot een dof resultaat zou leiden. Bij aquarelleren is het echter gebruikelijk om meteen met de lichte tinten te beginnen.
8. Gebruik schetsen om te leren observeren
Een van de beste manieren om je landschapsschilderkunst te verbeteren is door schetsen in je praktijk op te nemen. Je kunt deze in de open lucht doen of vanaf een foto. Het belangrijkste is dat je je observatievermogen verbetert door te leren de dingen te zien zoals je ze later zult willen uitbeelden.
Het beste is om je te beperken tot een klein schilderoppervlak en een tijd van niet meer dan 15 tot 30 minuten.
Het resultaat zal niet perfect zijn, maar daar gaat het niet om. Door het schilderen van deze levendige landschappen leer je meer instinctief te schilderen en train je jouw vermogen om waarden en kleuren te beoordelen.
9. Vormen, lijnen en kleuren
Vormen, lijnen en kleuren zijn de belangrijkste elementen van kunst. Dit geldt voor elk soort schilderij. Je moet proberen de elementen in je schilderij niet te zien als wolken, bomen, water en gras, maar als verschillende vormen, lijnen en kleuren.
Als je je concentreert op het schilderen van deze vormen, lijnen en kleuren, dan zou je, uitgaande van een juiste schildertechniek, een schilderij moeten hebben dat lijkt op jouw landschap.
Als je in plaats daarvan wolken, bomen, water en gras gaat schilderen, dan ga je uit van je verbeelding en niet van wat er werkelijk is.
10. Zwart-wit of monochroom
Als je moeite hebt om de juiste kleurwaarden te vinden in jouw landschapsschilderijen, zou je het landschap van de kleur kunnen scheiden en het een keer alleen in zwart-wit of een monotoon kleurenspectrum kunnen schilderen.
Zo kan je beoordelen hoe licht of donker het landschap is. Je zult verbaasd zijn hoe moeilijk dit is.
Samenvatting: schilderen van een landschap voor beginners en gevorderdere
Hopelijk hebben deze landschapsschildertips je geholpen. Gebruik onze 10 tips en je staat versteld hoe snel je een mooi landschap kunt gaan schilderen!